Dat GPS-gedoe vind ik telkens opnieuw een, euh,... gedoe.
Op zaterdagochtend 20 juni om half zeven ben ik volledig klaar om te vertrekken.
Ik probeer vandaag tot in Pau te raken. Geen idee of dat zal lukken. Ik reed nog nooit zo'n afstand in één keer. In tegenstelling tot m'n vorige reisjes, wil ik deze keer gewoon via de autostrade tot aan de start knallen zonder onderweg tijd te verliezen. 't Is eigenlijk zot. Ik zit sowieso in een drukke periode (op het werk, thuis, in mijn hoofd,...) waar ik het gevoel heb dat er nog zoveel onafgewerkte dingen op mij liggen te wachten. Loslaten, dat zal ik proberen...
Dat ik ook de gashendel af en toe moet loslaten, ervaar ik wanneer ik t.h.v. Lille op een stuk waar je maar 90 mag, geflitst word. Weliswaar langs voor. Oef! Over de rit naar Pau valt weinig te zeggen, behalve dan dat ik er geraakt ben. Rijden, tanken, rijden, tanken... en ook snel wat eten en drinken.
Het leuke aan Pau is dat in de verte de Pyreneeën te zien zijn.
Dag 2 moet het dan maar beginnen, vind ik. Na het ontbijt wil ik zo snel mogelijk naar die uitnodigende bergen. Eerst moet ik Pau nog uit over iets wat erg lijkt op een Boomsesteenweg maar dan op z'n Frans. Gelukkig duurt dat niet al te lang en al snel stuurt de GPS me naar links de D147 op richting bergen.
In het eerste dorpje stop ik voor een klein onderhoud en een tankbeurt.
Hierna gaat het echt omhoog. De paarden, de koeien, de ezels en de geit-schapen lopen gewoon over de weg.
Boven krijg ik een mooi zicht op de omliggende bergen. Mijn oog valt op een witte vlek waar zich vogels verzameld hebben. Het blijken verdorie gieren te zijn die zich te goed aan het doen zijn aan het kadaver van een koe. Wanneer ik dichter kom om betere foto's te nemen, vliegen ze weg. Ik ben nog niet dood genoeg waarschijnlijk. Ik ben wel al goed aan zweten (en aan het ruiken...). Het weer zit dan ook best mee. Het is voor mij zelfs al wat te warm met m'n leren broek en m'n vest.
De eerste haarspeldbochten heb ik ondertussen ook verteerd. Dat gaat nog niet helemaal vlot. Tijdens de cursus bochtentechniek bij Johan hebben we dat wel even geoefend maar hier is het écht. Buitenkant bocht zolang mogelijk, door de bocht kijken, gas erop houden, achterrem erbij,... Ik moet m'n hoofd erbij houden. En dat terwijl ik eigenlijk wil loslaten. Helemaal genieten is het nog niet.
Wanneer de GPS me dan later op de dag ook nog eens verkeerd stuurt, is m'n goesting plots over. Achteraf bekeken heeft die GPS me natuurlijk niet verkeerd gestuurd. Ik heb gewoon niet opgelet. Blijkbaar zit ik nog te veel in jakker-modus. Gewoon even stoppen en alles eens rustig bekijken was het simpelst geweest. Maar dat kwam niet in me op natuurlijk.
Via een totaal andere weg dan voorzien rij ik verder richting vervolg van m'n route. op de foto zie ik dat het behoorlijk bewolkt was op een bepaald moment. Ik herinner me dat niet.
Ik ben blij wanneer ik in Anso aan de Spaanse kant m'n tentje kan opzetten. En een fris pintje drinken natuurlijk. De pizza 's avonds smaakt ook geweldig.
De volgende ochtend ben ik al zo vroeg gepakt en gezakt dat de uitbaatster van de camping nog nergens te bespeuren is. Dus ook geen koffie! Ik laat wat euro's achter en vertrek. De weg is onmiddellijk mooi. En ik voel me ook minder gehaast.
Er zit blijkbaar ook een stuk onverhard in mijn route. Ik twijfel even of ik dit wel zou doen met een volgeladen motor. Met een ei in m'n broek begin ik eraan. Rechtstaan op de voetsteuntjes, heb ik vaak gelezen, zou de goede techniek zijn. Hmm, daar is m'n K75 niet echt voor gemaakt precies. Dan maar langzaam verder. Het lastigst vind ik de stukken waar het het water diepe geulen heeft uitgesleten. Gelukkig duurt het niet lang. En, het is wel mooi.
In Jaca neem in dan eindelijk m'n welverdiende ontbijt. Jaca is een mooi klein stadje. Op de kaart zie ik dat Canfranc niet ver is. Canfranc had ik niet opgenomen in m'n route maar ik besluit een ommetje te maken. In Canfranc staat één van de grootste treinstations van Europa en is gebruikt tijdens het verfilmen van Dokter Zhivago.
Antwerpen Centraal in de bergen, zeg maar.
Na dit zijsprongetje gaat het terug via Jaca naar Biescas waar ik aansluit op de N260 richting het nationale park Ordessa en Monte Perdido. De N260 is een prachtige weg in geweldig decor met leuke bochten, snellere stukken en met goede asfalt. Ik verlaat de N260 voor de HU631.
De HU631 is een prettig weerzien. Ooit deed ik dit met de wagen in het toeristische seizoen en was het de hele tijd filerijden. Nu is er amper een kat. De HU631 voert me door de adembenemende kloof van Anisclo. Boven mij zweven de roofvogels terwijl onder mij de rivier zich een weg baant door de kloof. Ergens daartussenin rijd ik tegen de bergwand. Machtig!
Voor vandaag is het mooi geweest. Ik vind een camping net voor Bielsa, zet m'n tentje op en geniet van een lekker pintje.
's Avonds troepen aan de hemel de onweerswolken samen en tegen dat het donker wordt, barst het onweer in alle hevigheid los. Een mooie afsluiter van een mooie dag. God is a dj!
De volgende ochtend rijd ik verder richting Bielsa. Het ontbijtje in het cafeetje met tankstation is niet memorabel. Wel onthoud ik de troep van 30 Harley-rijders met leer, cowboybotten en kettingen die aangevoerd werden door een K1600GT-rijder in een BMW-textielpakje. Er is dan toch orde in het universum.
Het is aanschuiven aan de tunnel van Bielsa. Er zijn werken en er is maar één rijvak beschikbaar. Na de tunnel en de pas kom ik in Frankrijk. Daar liggen wat colletjes die ik me herinner uit de Ronde van Frankrijk en die ik wilde rijden.
Maar het colletje dat ik het mooist vond, was die van Port de la Bonaigua. Dat is een mottig skistation. Maar de weg ernaartoe en vooral de weg weer naar beneden waren geweldig. Precies nieuw aangelegd met perfecte asfalt volgen een tiental haarspeldbochten elkaar op. Ik ken de Stelvio enkel van op foto, maar het deed me eraan denken. Het was enkel opletten voor de koeievlaaien in de bochtjes. Hier had ik waarlijk plezier in het bochtenwerk. Elke keer dacht ik: "En nu gaan die stepjes toch echt wel tegen de grond." Maar het was telkens niks. Bon, dat is voor de volgende keer!
En zo zat ik dus weer in Spanje. De wegen zijn hier echt van betere kwaliteit dan aan de Franse kant. Ik rij naar/door het nationaal park Alt Pinneu. Kleine dorpjes, meertjes, een colletje hier en daar...
En een moto-wash.
Zo rij ik richting Andorra. Omdat het al laat is en er zich weer onweerswolken samenpakken, besluit ik om vanavond in een hotelletje te slapen. In Le Seu D'Urgell vind ik een 1 sterrenhotelletje met garage. Perfect!
Het is vanavond feest in de stad. Men viert San Juan. Dat gaat vooral gepaard met veel voetzoekers en vuurwerk. En met een motoparade met fakkels. Het is gezellig in de stad en ik doe enkele cafeetjes met tapas tot m'n buik vol zit.
's Avonds zie ik op TV dat er voor morgen nog meer regen en onweer voorspeld wordt. Aan de Franse kant zou het wel droog blijven. Ik besluit om m'n route te herbekijken. Ik ga nog een stukje N260 volgen. Dat is nooit fout. En dan via de N20 Frankrijk weer in.
's Morgens ontbijt ik niet in het hotel maar op een terrasje langs die N260.
En zo komen we Frankrijk binnen.
En dan ben je helemaal zeker dat je in Frankrijk bent...
Viavia rijd ik naar Foix voor een middagmaal. Dit ziet er al echt als Frankrijk uit.
Na Foix besluit ik dan door te rijden naar de Dordogne. Dat is één van m'n favoriete vakantiebestemmingen met de kids. Ik ken daar een leuke camping waar ik vanavond wil overnachten. Het is niet echt een camping waar je met een groep motorrijders zou toestuiken, maar voor kinderen is het een paradijs. Evan wat reclame mag hé. http://www.lacombe.ws/nl/home" onclick="window.open(this.href);return false;.
De weg naar de camping en de de camping zelf:
De ochtend van de laatste dag. Vandaag rij ik terug naar huis. Maar eerst nog even een souvenir kopen voor het thuisfront.
Les Eyzies en Roque Saint-Christoph.
En dan doorrijden en niet meer omkijken!

En een dikke 3300 kilometer later was ik thuis!
